Achtergrondinformatie:
De betonnen overwegplaten worden in Nederland naast de raildragende betonplaten het meest gebruikt voor het maken van een overweg. De betonnen overwegplaten worden veel gebruikt in combinatie met straten bestaande uit betonstraatstenen of asfalt. Opvallend zijn de hijsogen, het donkergrijze split als toplaag en dat de platen bestaan uit 3 elementen, één tussen de spoorstaven en twee naast de spoorstaven. De elementen naast de spoorstaven zijn in werkelijkheid vaak niet voldoende breed om bij een dubbelsporig traject de gehele tussenafstand tussen de sporen te overbruggen. In die gevallen worden meestal betonstraatstenen tussen de betonelementen gelegd. Dit is in model goed na te bootsen met de "smalle molgoten" in het Markenburg assortiment, thema bestratingsverbanden.
Bouwkundige details:
De breedte van een spoorwegovergang/weg bepaald hoeveel platen in de lengterichting van het spoor achter elkaar gelegd worden. De lengte van één betonnen overwegplaat bedraagt in werkelijkheid 2,4m. Daarmee kan één smalle rijbaan het spoor kruisen. Een set Markenburg overwegplaten bevat 4 lengtes. Voldoende voor 2 rijbanen van normale breedte over een dubbelsporig traject. In werkelijkheid ligt de bovenkant van de betonnen overwegplaten tot net onder de bovenkant van de railstaaf. In model kan de hoogte op 0.8mm nauwkeurig bepaald worden door meegeleverde lagen skeletkarton op elkaar te plaatsen, na gelang nodig is voor het gebruikte spoortype.
Het is aan te raden om bij het verwerken van de overwegonderdelen eerst alleen de skeletlagen te plaatsen met houtlijm. Dit enkele uren laten drogen. Dan alle natte werkzaamheden er omheen te verrichten, zoals ballasten of het plaatsen van groen. Dan als laatste, wanneer alles heeft kunnen drogen, de toplaag van de overweg aan te brengen met een bescheiden hoeveelheid houtlijm.
