Achtergrondinformatie:
Het ketelhuis was samen met de machinekamer onderdeel van de elektriciteitsvoorziening. De gasfabriek wekte zelf elektriciteit op voor eigen gebruik en soms ook voor gebouwen in de directe omgeving.
In het ketelhuis werd met gas een ketel verhit om zo een stoommachine aan te kunnen drijven. De stoommachine dreef de generator aan, die in de machinekamer stond.
Bouwkundige details:
Het hoofdvolume kent steens muren die, wanneer het om de kopgevels gaat, zijn afgewerkt met dekstenen (gemaakt van beton). De gevels zijn voorzien van siermetselwerk en penanten, o.a. op hoeken van het gebouw. De plint is van cement, dat is aangebracht op de metselstenen.
De later geplaatste aanbouw aan de zuidkant is opgetrokken uit halfsteens verband metselwerk. Duidelijk is te zien dat de in de modernere tijd minder eisen gesteld werden aan de esthetiek van het gebouw.
De stalen raamkozijnen van de aanbouw zijn voorzien van enkelglas ruitjes die met stopverf zijn vastgezet.