Achtergrondinformatie:
Deze fabriek uit begin 1900 heeft al tal van bedrijven gehuisvest en heeft tevens een organische groei meegemaakt. Zo werd er in 1913 een bouwvergunning aangevraagd voor het plaatsen van een extra deur met kozijn. In 1920 vroeg men een vergunning aan voor het aanbouwen van een garage, en in 1922 werd er een vergunning aangevraagd voor het vestigen van een melkinrichting.
De basisvorm van het gebouw bleef gedurende de vele decennia wel gelijk. Momenteel heeft een elektricien het gebouw in gebruik als bedrijfs- en opslagruimte.
Bouwkundige details:
Enkele ramen in de muren, maar vooral het glas in de zaagtanddaken zorgden voor daglicht.
Het gebouw bestaat uit één bouwlaag en de muren aan de zichtkant waren voorzien van siermetselwerk. De lange achterzijde was eenvoudiger opzet, maar is wel voorzien van steunberen. Deze steunberen maken immers deel uit van de constructie, een constructie die we verder als repeterend kunnen omschrijven.
In de loop der tijd zijn sommige ramen dicht gemetseld of dichtgetimmerd. Door de manier waarop dat is gedaan blijft zichtbaar waar deze ramen in het verleden gezeten hebben.