Achtergrondinformatie:
Station Waspik (1886), aan het inmiddels opgeheven Halve Zolen lijntje in Noord-Brabant, beschikte over een gemetselde watertoren. Op deze manier werden in Nederland vaker watertorens gebouwd die bedoeld waren om stoomloc's te voorzien van water.
De torens werden gevuld door een speciaal daarvoor geslagen waterput nabij. Een pompje was nodig om het water ook daadwerkelijk boven in de toren te krijgen. Het overhevelen van water vanuit de toren naar de loc's gebeurde eenvoudigweg met een slang en de zwaartekracht deed de rest. Het was dan ook van essentieel belang dat de reservoirs in de toren hoger gelegen waren dan de reservoirs van de stoomloc's.
Bouwkundige details:
De watertoren is volledig gemetseld in steensverband. Alleen steens muren (c.a. 20cm dik) waren dan ook voldoende sterk om de enkele tonnen wegende reservoirs daadwerkelijk zeven meter boven het maaiveld uit te laten steken. Metselen was een beproefde methode om stevige torens mee te bouwen en daarbij was staal in die tijd duurder dan metselwerk. De reservoirs werden soms van hout gemaakt, maar in dit geval wel van staal.
De begane grond verdieping bestond uit één ruimte waar men de nodige attributen, zoals slangen en reserveonderdelen bewaarde. De bovenverdieping was vrijwel geheel gevuld met twee reservoirs van ieder c.a. 2,7 bij 3,8 meter in oppervlak. Daar omheen bevond zich een smalle ruimte van c.a. 50 cm breed, tussen de buitenmuren en het reservoir, zodat een monteur er nog bij kon.