Achtergrondinformatie:
De Noord Brabantse plaats Waalwijk heeft decennia lang bekend gestaan om de vele schoenfabrieken die er gevestigd waren. Niet verwonderlijk dat de familie Van Schijndel omstreeks 1910 een op stoom aangedreven schoenfabriek liet bouwen aan de Stationsstraat. Noemenswaardig is dat de 5 verdiepingen tellende hoogbouw van het complex tot 1972 de lokale “skyline” heeft gedomineerd. Achter de hoogbouw hebben reguliere fabriekshallen gestaan die, nadat het bedrijf werd opgeheven in 1965, nog jaren onderdak hebben geboden aan een bouwmarkt. De bovenverdiepingen van de hoogbouw hebben lang leeg gestaan terwijl de plint werd benut door uiteenlopende detailhandels. Omstreeks 2010 veranderde er veel. Met uitzondering van de tot beschermd stadsgezicht uitgeroepen voorgevel maakte het hele fabriekscomplex ruimte voor appartementengebouwen. Met nu als bijzondere situatie dat hedendaagse appartementen een voorgevel hebben van wat ooit een schoenfabriek was.
Bouwkundige details:
Uitgevoerd in robuust metselwerk, in kruisverband, is met name aan de voorgevel aanvullende aandacht besteed. Dit is te zien aan de gemetselde segmentbogen en metseldetails langs de dakrand, de decoratieve vertanding in de betonlateien, de betonnen plaquette boven in de voorgevel met het jaartal 1910 en het tegeltableau dat nog immer de tekst “Koninklijke stoomschoenenfabriek A.H. van Schijndel” toont. De voorgevel van de hoogbouw kenmerkt zich door een sterk repeterende orthogonaal structuur, die aan de rechterkant afgewisseld wordt door iets dat zich nog het best laat omschrijven als een onopvallende toren. Deze heeft onderaan een poort die tot op de dag van vandaag toegang verschaft tot het privé terrein achter dit bouwvolume. De plint van deze gevel is met de tijd nog het meest veranderd. Waar van oorsprong een set stevige houten deuren de entree vormde, geflankeerd door enkele grote ramen, bevinden zich daar nu winkelruiten tot aan de grond met enkele nauwelijks opvallende entrees. Markenburg heeft zich bij de ontwikkeling van het model toegespitst op de situatie omstreeks 1912.